Na mijn verjaardag, ergens in september, is er tijd vrij gekomen om weer eens op mijn zolderkamer actief te zijn. Actief op het creatieve vlak.
Ik was rijkelijk beloond voor weer een jaar ouder worden. (Jonger word je er niet op, zeggen ze.) Hoewel. Een paar dagen voor mijn verjaardag werd ik nog 54 geschat, dat streelt of niet!
Maar goed van de geldelijke beloningen van de diverse lieve mensen heb ik onder ander verf- olieverf op waterbasis- gekocht. En van mijn lief kreeg ik een mooie set pastelpotloden. Dus ik kan weer aan de slag.
Een van mijn vriendinnen in Eibergen had laatst een ijsvogel- ook met pastelpotloden- getekend, dus dacht ik: ‘Zou ik dat ook kunnen’.
Jaren geleden heb ik met dat materiaal wel eens gewerkt, in de tijd dat ik lessen volgde in Haaksbergen.
‘Aan de slag dan maar’, ‘kiek’n wa t wor’.
Het was even wennen, maar al snel was ik aan het wrijven met vingers, een doekje, een kwastje om te kijken wat de effecten zouden kunnen zijn.
Alle vingers gekleurd en lekker vies geworden.
Toen dat vogeltje af was ben ik maar doorgegaan met een roodborstje.
Op de woensdagavond volg ik samen met vier andere vrouwen een creatieve avond waarbij we door de begeleidster uitgedaagd worden om eens anders te werken dan dat we altijd doen. Uit je “comfortzone” komen dus. Daar kan ik van genieten, al is het af en toe worstelen met de compositie, de kleurstellingen etc.
Uitgangspunt was een ‘vroeg schilderijtje’, dus van jaren geleden. In dit geval een schilderijtje dat een “binnenkijkje” geeft in een monasterio in de plaats Arequipa, Peru.
Daar ‘moest je iets mee doen’. Een andere stijl, een andere kleurstelling, vervreemding, abstraheren etc.
Dat viel niet mee. Dat kwam ook doordat het toch weer enkele jaren geleden was dat ik geschilderd had en ook daar moest ik aan wennen. Maarr, het komt goed. Nou ja, het is nog niet af dus je moet nog effe wachten op het eindresultaat.